0
Een zonnepaneel functioneert als een apparaat dat zonlicht omzet in elektriciteit via fotovoltaïsche (PV) cellen, opgebouwd uit materialen die bij blootstelling aan licht energieke elektronen genereren. Deze elektronen reizen door een circuit en creëren gelijkstroom (DC) elektriciteit, bruikbaar om apparaten van stroom te voorzien of opgeslagen in batterijen. Zonnepanelen, ook wel zonnecelpanelen, elektrische zonnepanelen of PV-modules genoemd, maken gebruik van dit proces.
Deze panelen vormen doorgaans arrays of systemen, die een fotovoltaïsch systeem vormen dat bestaat uit een of meer zonnepanelen, samen met een omvormer die gelijkstroom-elektriciteit omzet in wisselstroom (AC). Extra componenten zoals controllers, meters en trackers kunnen ook deel uitmaken van deze opstelling. Dergelijke systemen dienen diverse doeleinden: ze leveren elektriciteit voor off-grid-toepassingen in afgelegen gebieden of voeren overtollige elektriciteit aan het elektriciteitsnet, waardoor kredieten of betalingen van nutsbedrijven mogelijk zijn - een regeling die een op het elektriciteitsnet aangesloten fotovoltaïsch systeem wordt genoemd.
Voordelen van zonnepanelen zijn onder meer het benutten van hernieuwbare en schone energiebronnen, het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen en het terugdringen van de elektriciteitsrekening. Nadelen zijn echter onder meer de afhankelijkheid van de beschikbaarheid van zonlicht, de noodzaak van periodieke schoonmaak en aanzienlijke initiële kosten. Zonnepanelen worden op grote schaal gebruikt in residentiële, commerciële en industriële domeinen en zijn ook een integraal onderdeel van ruimte- en transporttoepassingen.
5